Adaptieve kaarten

Bot Builder ondersteunt het gebruik van Adaptieve kaarten in botresponsen. U kunt ze gebruiken in story's Story's worden gebruikt om een bot te trainen voor interactieafhandeling op basis van intentie en context., regels Regels bepalen de reactie van een bot op berichten die niet veranderen met de context. en fallback Een alternatief in platte tekst dat wordt verzonden wanneer de bestemming geen rijke media ondersteunt..

Adaptieve kaarten , ontwikkeld door Microsoft, bieden een methode voor het creëren van rijke berichtinhoud Elementen in digitale berichten, zoals buttons, afbeeldingen, menu's en optiekiezers.. Ze hebben een open kaartuitwisselingsindeling waarmee u gebruikersinterface-inhoud op een gangbare en consistente manier kunt verzenden. Met Adaptieve kaarten kunt u interactieve berichten verzenden die complexer en nuttiger zijn dan berichten met alleen standaard rijke-media-elementen.

Alleen chat . Als berichten met Adaptieve kaarten via andere kanalen worden verstuurd, wordt in plaats hiervan de opgegeven fallback Een alternatief in platte tekst dat wordt verzonden wanneer de bestemming geen rijke media ondersteunt.-tekst gebruikt.

Bot Builder heeft standaard geen Adaptieve kaarten beschikbaar. Deze moet u zelf maken met behulp van de Microsoft Adaptieve kaarten-ontwerper die ingesloten is in Bot Builder.

Met de Adaptieve kaarten-ontwerper kunt u Adaptieve kaarten-sjablonen maken voor gebruik met Bot Builder. Wanneer een bot een respons met een Adaptieve kaarten-sjabloon uitvoert, dan wordt dit sjabloon dynamisch ingevuld met de informatie die past bij deze interactie en naar het contact De persoon die contact heeft met een agent, IVR of bot in uw contactcenter. gestuurd.

Ondersteuning van Adaptieve kaarten per Kanaal

Adaptieve kaarten kunnen alleen gebruikt worden op kanalen die ze ondersteunen. Momenteel worden ze alleen op de volgende kanalen ondersteund:

• Digitaal chat
• Microsoft Teams

U moet fallback Een alternatief in platte tekst dat wordt verzonden wanneer de bestemming geen rijke media ondersteunt. voor rijke berichten configureren als uw bot berichten stuurt naar zowel kanalen die Adaptieve kaarten ondersteunen als kanalen die dat niet doen. De fallback wordt verstuurd als vervanging van de Adaptieve kaarten op kanalen die geen adaptieve kaarten ondersteunen. U kunt fallback voor rijke berichten configureren voor elke botrespons die Adaptieve kaarten gebruikt.

Adaptieve kaarten-ontwerper

Met de Adaptieve kaarten-ontwerper kunt u Adaptieve kaarten-sjablonen maken voor gebruik met Bot Builder. Als u een story, regel of fallback maakt, dan kunt u de Adaptieve kaarten-botactie toevoegen en een van de Adaptieve kaarten die u gemaakt hebt kiezen.

U kunt alle beschikbare Adaptieve kaarten-elementen gebruiken in de kaarten die u maakt. U kunt slot Een waarde die uit een bericht van een klant is gehaald en wordt opgeslagen voor gebruik in de reacties van een bot. Een 'slot' is vergelijkbaar met een variabele.-variabelen gebruiken om een Adaptieve kaarten dynamisch aan te passen. Als u gegevens wilt terugsturen naar uw bot, dan kunt u postback-gegevens opnemen in de configuratie van een element zoals een knop. Hiermee kunt u bijvoorbeeld de intentie geassocieerd met de keuze van het contact terugsturen naar de bot.

Adaptieve kaarten aanpassen met Slotvariabelen

U kunt slotvariabelen opnemen in uw Adaptieve kaarten. Hiermee kunt u de entiteit Informatie, verzameld uit de berichten van het contact tijdens conversaties met een bot. weergeven die wordt geassocieerd met het slot Een waarde die uit een bericht van een klant is gehaald en wordt opgeslagen voor gebruik in de reacties van een bot. Een 'slot' is vergelijkbaar met een variabele. op de kaart wanneer deze kaart naar een contact wordt verstuurd.

Een slotvariabele wordt geconstrueerd aan de hand van de naam van een entiteit die wordt geassocieerd met het slot dat is ingesloten in accolades. Bijvoorbeeld, {telefoonnummer}. U kunt slotvariabelen gebruiken in de eigenschappen van een element in de Adaptieve kaarten-ontwerper. U kunt ook het element zoeken in de sectie Editor kaartpayload van de Adaptieve kaarten-ontwerper en de slotvariabele aan het element toevoegen. Bijvoorbeeld "tekst": "Telefoonnummer: {telefoonnummer}".

Interactieve knoppen

U kunt interactieve knoppen opnemen in uw Adaptieve kaarten. U kunt ze aan elementen toevoegen met de sectie Acties in de eigenschappen. Er zijn verschillende soorten knoppen in de Adaptieve kaarten-ontwerper die u kunt gebruiken. De volgende typen knoppen zijn vooral handig bij Bot Builder:

• URL-knop: Deze knop opent een URL. De JSON voor deze type knop ziet er uit zoals in onderstaand voorbeeld:

  {
    "type": "Action.OpenUrl",
    "title": "View",
    "url": "http://www.nice.com"
  }

• Postback-knop: Deze knop stuurt postback-gegevens naar de bot wanneer de klant erop klikt of tikt. U kunt dit gebruiken om een intentie De betekenis of de bedoeling van wat een klant zegt of typt; datgene wat de klant wil communiceren of bereiken. terug te sturen naar de bot. De JSON voor deze type knop ziet er uit zoals in onderstaand voorbeeld:

  {
   "type": "Action.Submit",
   "title": "Connect with agent",
   "data": {
  	"text": "/[intentName]"
   }

Een Adaptieve kaarten maken

Nieuwe Adaptieve kaarten beginnen standaard met een set voorbeeldelementen. U kunt deze voorbeeldelementen wijzigen of ze allemaal verwijderen om een gloednieuwe kaart te maken.

Nadat u een Adaptieve kaarten hebt gemaakt, kunt u deze in een botrespons gebruiken.

1. Klik in CXone op de app-kiezer en selecteer Overige > Bot Builder.
2. Klik op de bot waarmee u wilt werken.
3. Klik op Voorkeuren > Adaptieve kaarten.
4. Klik om een map aan te maken op het plusteken , voer een naam in en druk op Enter.
5. Klik op het plusteken in de map waarin u een Adaptieve kaarten wilt toevoegen.
6. Voer een naam in voor de kaart en druk op Enter.
7. Voeg de elementen toe aan uw kaart: 
   • Dubbelklik op een optie onder Kaartelementen om deze toe te voegen aan.
   • Sleep een element van de sectie Kaartelementen naar de voorbeeldweergave van de kaart.
   • Klik op het kompas van een element in de voorbeeldweergave van de kaart en sleep het element naar een nieuwe locatie.
8. Configureer de eigenschappen van uw element:
   • Selecteer een element in de voorbeeldweergave of in de sectie Kaartstructuur. De sectie Elementeigenschappen geeft de eigenschappen van het geselecteerde element weer. Wijzig deze indien nodig. Elk element heeft een verschillende set eigenschappen.
   • Gebruik de Editor kaartpayload om de eigenschappen van een element weer te geven, configureren of wijzigen.
   • Klik op de X rechtsboven in de voorbeeldweergave om een element te verwijderen.
9. Gebruik een slot in een element door de entiteitnaam in te voeren in een eigenschapveld van het element. Sluit de naam in in accolades. Bijvoorbeeld, {telefoonnummer}.
10. Als u een interactieve knop aan de kaart wilt toevoegen, configureer dan als volgt een actie in uw kaart: 
    • Open een URL: Selecteer Action.OpenURL als het Actietype en voer de URL in.
    • Postback-gegevens verzenden: Selecteer Action.Submit als het Actietype en voer de intentienaam in in het veld Gegevens met de indeling {"tekst":"/[intentienaam]"}.
11. Als u in de voorbeeldweergave wilt testen hoe uw kaart eruit ziet, vervang dan de standaardgegevens in de sectie Editor steekproefgegevens met voorbeeldgegevens voor uw kaart.
12. Wijzigingen worden automatisch opgeslagen.