Werkitems configureren
Werkitems vereisen een of meer aangepaste scripts, afhankelijk van het doel waarvoor uw organisatie ze gebruikt. Er zijn geen generieke scripts of algemene instructies voor het maken van scripts. Voordat u met de taken op deze pagina begint, moet u met uw CXone-accountmanager bespreken wat u wilt bereiken door werkitems te gebruiken. Uw accountmanager zal CXone Professional Services inschakelen om met u samen te werken aan een script dat u helpt uw doelen te bereiken.
Voer de onderstaande taken in de aangegeven volgorde uit.
Een campagne maken
Vereiste machtigingen: Campagnes Maken
Als u al een campagne Een groep van skills die wordt gebruikt voor trendrapporten. hebt gemaakt die u wilt gebruiken, kunt u deze stap overslaan. U beschikt bijvoorbeeld over een campagne die u voor meerdere kanalen wilt gebruiken.
- Klik op de app-kiezer en selecteerACD.
- Ga naar Contactinstellingen > Campagnes.
- Klik op Nieuwe maken.
- Typ een waarde in het veld Campagnenaam.
- Klik op Campagne maken.
Een werkitemskill maken
Vereiste machtigingen: Skills Maken en Skills Bewerken
De naam van een skill moet betekenis hebben. Het is handig om consistent te zijn wanneer u skills een naam geeft. Beslis welke standaardindeling voor namen van skills werkt voor uw organisatie.
Een skillnaam moet uit minimaal 2 tekens en maximaal 30 tekens bestaan. Skillnamen kunnen worden samengesteld uit alleen letters, nummers en deze speciale tekens:
- Koppelteken (-)
- Liggend streepje (_)
- Punt (.)
- Dubbele punt (:)
-
Klik op de app-kiezer en selecteerACD.
-
Ga naar Contactinstellingen > ACD Skills.
-
Klik op Nieuwe maken > Eén skill.
- Stel Mediatype in op Werkitem. Stel het Type van de wachtrij voor het werkitem in op Realtime of Persistent. Zie de onderstaande tabel voor meer informatie over Type.
- Voer een Skillnaam in.
- Selecteer de Campagne waarvan de skill deel moet uitmaken.
-
Configureer eventueel de overige optionele velden in het gedeelte Skillgegevens.
Meer informatie over de velden in deze stapVeld Details Type Bepaalt of de werkitems die voor deze ACD-skill worden gegenereerd, in de realtime wachtrij of in de persistente wachtrij geplaatst moeten worden. De persistente wachtrij pauzeert het werkitemscript wanneer de -actie actief wordt; het werkitemscript wordt pas weer hervat wanneer het werkitem aan een agent is aangeleverd. In de tussentijd kunt u geen acties op het werkitem uitvoeren; het werkitem wordt echter wel op de gewone manier getraceerd en gerapporteerd. Door gebruik te maken van de persistente wachtrij kunt u in een single-channel werkomgeving tot 100.000 werkitems in de wachtrij plaatsen, en in een omgeving met dynamische levering maximaal 5.000 werkitems. Wanneer u een werkitem-contactpunt maakt, controleer dan het Type wachtrij in de geselecteerde skill nog een keer extra. Als u een persistent werkitem-contactpunt configureert, moet u een skill toewijzen met Persistent geselecteerd als Type; u kunt geen realtime skill-contactpunt gebruiken om een persistent werkitem in de wachtrij te zetten. Script voor skilldoorschakeling Specificeert het script dat wordt uitgevoerd wanneer een agent een contact vanuit een andere skill doorschakelt naar deze skill. Dit script wordt vervolgens toegepast op het doorgeschakelde contact, in plaats van dat de scripts van de oorspronkelijke ACD-skill worden uitgevoerd. U kunt dit veld bijvoorbeeld gebruiken voor scripts voor overloop of supervisorescalatie, die vaak meerdere wachtrijscripts gebruiken met een logica die afwijkt van de standaard inbound logica.
Dit werkt niet als het Type van het werkitem is ingesteld op Persistent.
Minimum aantal agents voor Workforce Intelligence Het minimum aantal agents dat tot deze ACD-skill moet behoren. Met deze instelling voorkomt u dat automatische acties op basis van Workforce Intelligence-regels te veel agents uit de ACD-skill weghalen. Wanneer het aantal agents daalt tot dit aantal, moeten alle acties om skills te verwijderen (ook automatische) voortaan worden goedgekeurd.
Deze instelling heeft geen invloed op agentless ACD-skills.
Minimum aantal beschikbare agents voor Workforce Intelligence Het minimum aantal agents dat voor deze ACD-skill beschikbaar moet zijn. Met deze instelling voorkomt u dat automatische acties op basis van Workforce Intelligence-regels te veel agents uit de ACD-skill weghalen. Wanneer het aantal beschikbare agents tot of onder dit aantal daalt, moeten alle acties om ACD-skills te verwijderen (ook automatische) voortaan worden goedgekeurd.
Deze instelling heeft geen invloed op agentless ACD-skills.
- Als u schermpop-ups Een configureerbaar popup-venster met informatie over het contact. De popup verschijnt op het scherm van de agent na een bepaalde gebeurtenis, bijvoorbeeld wanneer de agent verbinding krijgt. voor deze skill wilt gebruiken, schakelt u het selectievakje Schermpop-ups gebruiken in. Wijzig de optionele instellingen in het gedeelte Schermpopups als u de schermpopups wilt aanpassen. Deze mogelijkheid wordt alleen ondersteund voor de CXone Agent-suite. U kunt dit ook later doen.Meer informatie over de velden in deze stap
Veld Details Aangepaste schermpop-ups gebruiken Selecteer dit selectievakje als u een aparte applicatie of website gebruikt om de schermpop-ups uit te voeren. Applicatie of
Webpagina
Selecteer Applicatie of Webpagina.
Als u Applicatie hebt geselecteerd, voert u het volledige pad naar het uitvoerbare bestand in. Als u Webpagina hebt geselecteerd, voert u de volledige URL in.
U kunt de titel van het tabblad dat in de MAX-interface wordt weergegeven, aanpassen door de parameter icAgentPanelTitle= toe te voegen aan de URL.
-
Als u de standaard prioriteitsinstellingen voor deze skill wilt wijzigen, bewerkt u de instellingen in het gedeelte Prioriteitsbeheer in de wachtrij. U kunt dit ook later doen.
Meer informatie over de velden in deze stapVeld
Details
Startprioriteit Voer een numerieke waarde in die u wilt instellen als basisprioriteit Een skillgebaseerde indicatie van het belang van een contact, die de aanleveringsvolgorde bepaalt. voor alle contacten in een inbound skill of voor verse records en herhalingen in een outbound skill (callbacks Contacten blijven in de wachtrij staan en worden automatisch teruggebeld zodra ze vooraan staan in de wachtrij. hebben altijd prioriteit en worden niet beïnvloed door deze instelling). De standaardwaarde is 0. Voer een numerieke waarde in om te bepalen hoe snel de prioriteit van de skill toeneemt. Voor elke minuut dat een contact in de wachtrij blijft, wordt de prioriteit verhoogd met de waarde die u bij Bespoediginginstelt.
De standaardwaarde is 1. De minimumwaarde is 0 en de maximale prioriteit is de waarde die in het veld Maximumprioriteit is ingesteld.
Een voorbeeld: als de Startprioriteit 4 is en u Bespoediging instelt op 1, dan neemt de prioriteit elke minuut dat het contact niet wordt afgehandeld, met één toe. Als het contact in dit voorbeeld drie minuten in de wachtrij heeft gestaan, dan is de prioriteit opgelopen tot 7.
De prioriteit loopt op per seconde. Als Bespoediging is ingesteld op 1, neemt de prioriteit van een contact met 0,5 toe na elke 30 seconden in de wachtrij.
Voor Personal Connection-skills stelt u de bespoediging in op 0, omdat er geen wachtrij van contacten is.
U kunt de Startprioriteit voor de ene skill lager instellen dan voor een andere skill, maar als u de Bespoediging voor die eerste skill hoger maakt, kan hij andere skills in de wachtrij inhalen. Bijvoorbeeld: u stelt de Startprioriteit voor skill A in op 1 en de Bespoediging op 5. U stelt de Startprioriteit voor skill B in op 3 en de Bespoediging op 1. Aanvankelijk zal een contact voor skill B hoger in de rij staan, omdat het contact een prioriteit van 3 heeft, maar na één minuut zal een contact voor skill A al hoger staan, omdat de prioriteit van skill A dan is opgelopen tot 6.
CXone combineert startprioriteit met de bespoedigingswaarde en de wachttijd volgens deze formule: Huidige prioriteit = (Tijd * Bespoediging) + Startprioriteit.
Maximumprioriteit Dit is de maximale prioriteit die een contact kan krijgen. Als u ervoor kiest geen Bespoediging in te stellen, moet deze waarde hetzelfde zijn als de Startprioriteit. De standaardwaarde is 1000. -
Als u de standaardinstellingen van het servicelevel voor deze skill wilt wijzigen, bewerkt u de velden in het gedeelte Servicelevel.
Meer informatie over de velden in deze stapVeld
Details
Servicelevellimiet Het aantal seconden waarbinnen agents moeten antwoorden om te voldoen aan een servicelevelovereenkomst (SLA Servicelevelovereenkomst: afspraak tussen een serviceverlener en een klant over specifieke servicelevels, bijvoorbeeld voor kwaliteit, snelheid of beschikbaarheid). Bijvoorbeeld: als uw SLA voor deze skill zegt dat u 80% van de contacten binnen 20 seconden moet beantwoorden, voert u hier de waarde 20 in. Serviceleveldoel
Het percentage contacten waarop agents binnen de Servicelevellimiet moeten reageren om te voldoen aan de SLA. Bijvoorbeeld: als de SLA voor deze skill aangeeft dat u 80% van de contacten binnen 20 seconden moet beantwoorden, voert u hier de waarde 80 in.
- Als u wilt testen hoe de prioriteit van contacten in deze skill in de loop van de tijd verandert ten opzichte van andere skills, gebruikt u de tool Prioriteitsvergelijking. U kunt dit ook later doen.
Klik in het gedeelte Skills om te vergelijken op +.
Ga door met het toevoegen van skills totdat alle skills die u wilt vergelijken in de lijst Geselecteerd staan. U hoeft de skill die u bewerkt niet toe te voegen; deze verschijnt automatisch in het diagram.
- Klik op Gereed.
Gebruik de velden Periode en Tijdsinterval voor het instellen van de periode die het diagram moet bestrijken en het interval Een periode tussen twee punten, limieten of gebeurtenissen (bijvoorbeeld datums of tijdstippen) waarmee u nieuwe punten in het diagram wilt markeren.
Klik op Vergelijken.
- Klik op Maken. Voer extra configuraties uit om uw skills aan te passen of te beheren.
Het contactpunt maken
Vereiste machtigingen: Contactpunten Maken
-
Klik op de app-kiezer en selecteer ACD.
-
Ga naar Contactinstellingen > Contactpunt.
- Klik op Nieuwe maken en selecteer Eén contactpunt.
- Selecteer bij Mediatype de optie Werkitem.
- Voer een Naam in voor het contactpunt.
- Selecteer uit de keuzelijst Contactpunt de DNIS die u eerder bij NICE CXone hebt geconfigureerd voor deze ACD-skill.
- Selecteer de ACD-skill die u eerder hebt gemaakt.
- Selecteer het Script dat u in Studio hebt gemaakt.
- Als u wilt dat de IVR-selectiepaden van oproepen naar dit nummer worden bijgehouden ten behoeve van rapportage, selecteert u IVR-rapportage inschakelen.
- Klik op Contactpunt maken.
Gebruikers toevoegen aan werkitemskills
Vereiste machtigingen: Skills Bewerken, Skills Gebruikerstoewijzing
- Klik op de app-kiezer en selecteerACD.
-
Ga naar Contactinstellingen > ACD Skills.
-
Klik op de skill Skills worden gebruikt om de aanlevering van interacties te automatiseren op basis van de vaardigheden, capaciteiten en kennis van de agent die u wilt bewerken.
-
Klik op het tabblad Gebruikers.
- Schakel de selectievakjes in voor alle gebruikers die u aan de skill wilt toewijzen. Klik op Gebruikers toevoegen.
-
Stel de Bekwaamheid voor elke gebruiker in deze ACD-skill in op een waarde tussen 1 (hoogste bekwaamheid) en 20 (laagste bekwaamheid). Klik op Bekwaamheden opslaan.
Als u niet op Bekwaamheden opslaan klikt voordat u de pagina verlaat, worden alle gebruikers verwijderd die u aan het skillprofiel hebt toegevoegd.
Contactinstellingen voor werkitems configureren bij gebruikers
Vereiste machtigingen: Medewerkers Bewerken
-
Klik op de app-kiezer en selecteer ACD.
-
Ga naar Contactinstellingen > ACD-gebruikers.
-
Open de gebruiker die u wilt bewerken en klik op het tabblad Contactinstellingen.
-
Typ in het gedeelte Timeouts voor contactweigering een aantal Seconden voor de werkitems. Deze waarde bepaalt hoe lang een agent in een interactie inactief kan zijn voordat de interactie een timeout krijgt en wordt doorgeschakeld naar een andere agent.
-
Stel het bekwaamheidsniveau van de gebruikers voor deze skill in. Klik hiervoor op de vervolgkeuzelijst in de kolom Bekwaamheid en selecteer het niveau dat u op de gebruiker wilt toepassen. Wanneer de bekwaamheidsniveaus voor alle nieuwe gebruikers zijn zoals u ze wilt hebben, klikt u op Bekwaamheden opslaan.
Afhankelijk van de manier waarop uw organisatie gebruikmaakt van werkitems, kunt u eventueel deze optionele taken uitvoeren: