Configuratie van de Avaya POM- en Alvaria Aspect-dialer
Dit onderwerp biedt richtlijnen voor de configuratie van de Avaya POM- en Alvaria Aspect Unified-dialer voor CXone Multi-ACD (CXone Open).
Een Avaya site-engineer is verantwoordelijk voor alle procedures in de Avaya-omgeving. De procedures die hier worden beschreven, dienen uitsluitend als advies!
Stap 1: Configureer een van de volgende optionele integraties:
Stap 2: Download het Excel-bestand Essential Data for 3rd Party Connectivity Config in CXone en sla het op. Naarmate u doorgaat, zal u gevraagd worden om essentiële informatie in te vullen. Nadat u alle nodige informatie hebt ingevuld en uw omgeving hebt voorbereid voor CXone Multi-ACD, moet u het Excel-bestand indienen bij uw NICE Professional Services-vertegenwoordiger.
Bereid de Avaya POM Dialer-omgeving voor.
Integreer de Avaya POM-dialer pas nadat u Avaya TSAPI en Avaya DMCC-opname hebt geconfigureerd.
Deze sectie beschrijft hoe u de Avaya POM-server configureert voor integratie met CXone Multi-ACD.
Een Avaya site-engineer is verantwoordelijk voor alle procedures in de Avaya-omgeving. De procedures die hier worden beschreven, dienen uitsluitend als advies!
Voordat u begint met de integratie van Avaya POM met CXone Multi-ACD, moet u eerst de POM-server configureren.
POM configureren in Avaya Aura Experience Portal:
-
Log in bij Avaya Aura Experience Portal.
-
Selecteer de pagina POM.
-
Selecteer de pagina AACC-configuraties.
-
Controleer de inloggegevens voor Avaya AACC. Gebruik deze gegevens bij de CTI-configuratie.
-
Selecteer de pagina Zone-licenties POM beheren.
-
Verifieer of er voldoende zone-licenties voor de POM-server zijn.
-
Selecteer de pagina Campagnemanager.
-
Selecteer een campagne.
-
Selecteer Oproep.
-
Verifieer of de outbound skills van de agents die geconfigureerd zijn in de POM-server overeenkomen met de configuratie in AACC.
-
Sluit de campagne.
-
Selecteer de pagina Algemene configuratie beheren.
-
Blader omlaag naar de sectie WFO.
-
Controleer de WFO-poort en de CLID van koppeloproep. Deze worden gebruikt bij de configuratie van de CTI-verbinding.
U moet ervoor zorgen dat het wachtwoord voor de AACC-agent voor POM nooit verloopt.
-
Open de Servermanager op de AACC-agent voor POM.
-
Zorg er in de Servermanager voor dat het wachtwoord van de gebruikersaccount nooit verloopt.
De volgende procedure omschrijft hoe u Avaya POM in het Avaya-contactcenter moet configureren.
-
Selecteer de pagina Configuratie – Eigenschappen server.
-
Stel het Type server in op CCPO.
-
Selecteer de pagina Configuratie – CDNs.
-
Controleer de configuratie van de CDNs (het nummer dat klanten bellen om een skill te krijgen).
-
Selecteer de pagina Configuratie – Skillsets.
-
Verifieer of de skillsets geconfigureerd zijn.
-
Selecteer Launchpad > Beheer contactcenter.
-
Selecteer de pagina Agentdetails.
-
Verifieer in de pagina Agentdetails of de Spraak-URI geconfigureerd is en of CCT-agent maken geselecteerd en geassocieerd is met een lokale of DNS-gebruiker.
-
Zorg ervoor dat de Contacttypen geconfigureerd zijn:
-
POM_Outbound en Spraak – verplicht
-
E-mail – Optioneel
-
-
Selecteer de pagina Multimedia.
-
Start de multimediaclient in Configuratie multimedia.
-
Selecteer de POM-server in Serverinstellingen en klik op Bewerken.
-
Verifieer de POM-spraakpad-CLID in POM-instellingen.
-
Verifieer in Agentinstellingen of de optie Wachtwoord instellen is geselecteerd en voeg een wachtwoord toe.
-
Klik in Beheer CCT op CCT-console starten.
-
Selecteer de vereiste gebruiker in de pagina CCT-gebruikers.
-
Verifieer of de Inloggebruikersnaam als het domein/de gebruiker geconfigureerd is.
Bereid de omgeving Alvaria Aspect Unified IP Dialer voor.
Integreer de Alvaria Aspect Unified IP-dialer pas nadat u Avaya TSAPI en Avaya DMCC-opname hebt geconfigureerd.
In dit document wordt de voorbereiding van de omgeving Aspect Unified IP Dialer toegelicht.
Om CTI-gebeurtenissen te ontvangen, moet u het poortnummer verifiëren.
Het poortnummer verifiëren:
-
Verifieer het IP-adres van het Aspect Unified IP-portaal.
-
Maak verbinding met de Serverconfigurator.
-
Ga naar Sites > Tenants > EPro > Servers.
-
Klik met de rechtermuisknop op CenterCord en selecteer Eigenschappen. Het venster Servereigenschappen verschijnt.
-
Selecteer het tabblad CenterCord in het venster Servereigenschappen.
-
De poort staat opgenomen in het Oproeplogboek, bijvoorbeeld 15161. Deze poort wordt gebruikt om CTI-gebeurtenissen te ontvangen.