Agentpatronen beheren
Agentpatroonsets maken
- Klik op de app-kiezer en selecteer ACD.
- Ga naar ACD-instellingen > Agentpatronen.
- Klik op Nieuwe maken.
- Voer een Naam in voor de nieuwe set en klik op Toevoegen.
Agentpatronen maken
- Klik op de app-kiezer en selecteer ACD.
- Ga naar ACD-instellingen > Agentpatronen.
- Klik op een agentpatroonset.
- Klik op Nieuwe maken.
-
Voer een Naam, Invoerwaarde en Uitvoerwaarde voor het patroon in.
Meer informatie over de velden in deze stapVeld Details Invoerwaarde Voer de waarden in die de agents kunnen invoeren. Uitvoerwaarde
Voer de waarden in die het systeem moet genereren wanneer een match wordt gevonden en het patroon wordt toegepast.
U kunt hierbij de volgende waarden en variabelen gebruiken:
Waarde Details {cijfer(s)} Een volledige of gedeeltelijke reeks cijfers (bijvoorbeeld 202255544). Als de agent alle opgegeven cijfers in die volgorde invoert, wordt het patroon toegepast. Kan zowel voor de Invoerwaarde als voor de Uitvoerwaarde worden gebruikt. %
Een variabele die een willekeurige combinatie van cijfers voorstelt. Het patroon geeft een match met alle cijfers die door de agent worden ingevoerd. U kunt deze variabele ook combineren met de vorige. Een Invoerwaarde van 20225% zou bijvoorbeeld matchen met alle ingevoerde nummers die met 20225 beginnen, ongeacht de laatste cijfers. Kan zowel voor de Invoerwaarde als voor de Uitvoerwaarde worden gebruikt.
- Zorgt ervoor dat het eerste cijfer wordt verwijderd uit het door de agent ingevoerde nummer. U kunt meerdere cijfers op deze manier verwijderen. Een Uitvoerwaarde van --225 zou er bijvoorbeeld voor zorgen dat 06 wordt verwijderd uit 06202255544. Wordt alleen gebruikt voor de Uitvoerwaarde. X Deze variabele wordt gebruikt om aan te geven hoeveel cijfers aanwezig moeten zijn voor een match met een patroon. Als u bijvoorbeeld het invoeren van een telefoonnummer met tien cijfers wilt afdwingen, kunt u de Invoerwaarde % en de Uitvoerwaarde -XXXXXXXXXX opgeven. - Om het nieuwe patroon te testen, voert u een telefoonnummer in dat met de Invoerwaarde overeenkomt en vervolgens klikt u op Testen.
- Wanneer uw patroon klaar is, klikt u op Toevoegen.
- Klik op Opslaan.
Patroonsets toewijzen aan medewerkers
-
Klik op de app-kiezer en selecteer ACD.
-
Klik op ACD-gebruikers.
- Zoek een ACD-gebruiker en klik erop om de bijbehorende record te openen.
- Selecteer het tabblad Contactinstellingen en klik op Bewerken.
- Selecteer in het gedeelte Standaard belmethode de gewenste patroonset uit de keuzelijst Nummerpatroon.
- Klik op Gereed.